In dit deel van de goed gevulde (lees lange) blogs over het huishouden, mijn bevindingen met de nieuwe structuur en het afbouwen van oude programmatuur.
Ik ben nu een tijdje onderweg met de nieuwe structuur en vind het best zwaar. Maar het levert gelukkig ook heel wat op. Mijn huis is fijner en ik voel mijn oude programmatuur goed: de kritische stemmen in mijn hoofd draaien op volle toeren.
Na 5 weken: Wat levert het op
Ik ben nu vijf weken op pad met de nieuwe structuur: 3 maal daags 20 minuten huishouden en administratie. En vind het best pittig. Ik zit (nog) niet zo lekker in mijn vel, zeker niet nu de lockdown met kinderen thuis alweer even duurt en kom vaak maar tot één of twee blokjes. Dat vinden die strenge stemmen (zie deel I) natuurlijk niet genoeg, wat leidt tot berisping en daar word ik niet vrolijk van.
Daarnaast zie ik nóg beter wat er allemaal onopgeruimd of niet schoon is. En kom ik natuurlijk tegen dat ik meer activiteit aan de dag leg, maar manlief niet meer dan normaal. Daarnaast ben ik soms bv stikchagrijnig legowerkjes aan het afstoffen die veel teveel tijd vragen terwijl ik de hele kinderkamer nog moet doen.
Tegelijkertijd is er gelukkig ook mijn zg. Gezonde Volwassene die het hartstikke goed vindt dat ik dit doe en aangeeft dat dit een pittig traject is. Het huishouden líjkt in zo’n transformatieproces een futiel onderwerp maar dat is het niet. De appèls van het huishouden kom je élke dag wel twintig keer of meer tegen, zeker als je thuis zit. Dat is in mijngeval dus goed voor elke dag een dosis falen, berisping door strenge ouderstemmen, een hangend hoofd et cetera.
De Gezonde Volwassene merkt ook op dat het wel wat zwaar is om dit op te pakken tijdens corona-lockdown-alles-is-al-best-wel-zwaar-tijd. En daar heeft ze gelijk in. Applaus voor mij dus? Of een beetje stom dat ik het oppak. Misschien een beetje van beide….
Hé, het is hier schoon!
Ik zie ook wat het oplevert. Ik kom nu op plekken waarvan ik denk: “Hé, het is hier schoon!” Dit bijvoorbeeld bij het halletje voor de voordeur. Dat kwam echt altijd als laatste aan bod en nu is het, doordat mijn app het op zijn/haar lijstje had staan (en o ja, omdat ik het gedaan heb 🙂 ), schoon. Of dat de spullen die naar de slaapverdieping moeten niet meer zo lang bij de trap liggen. Of dat de schoenenrekjes nog steeds wel rommelig zijn, maar dat niet alle schoenen er als een hooiberg (en zoek maar eens twee dezelfde spelden) voor liggen de hele tijd. Best wel heel erg fijn!
Ander voorbeeld: de eettafel, waar ik dan tijdens het eerste blokje van twintig minuten een doekje over heb gehaald, de uitgebloeide blauwedruifjes heb weggedaan en wat slingerend papier heb opgeruimd. Elke keer als ik erlangs loop, op weg naar de keuken en terug, valt mijn oog dan op die kloeke, schone tafel en valt het me op hoe mooi het eigenlijk is op deze manier.
Het komt goed…..
En soms, héél soms ben ik bijna zen tijdens het poetsen, vergeet ik helemaal de drang die erachter zit en dat is echt heel lekker. Helemaal ‘in het moment’, is wat ik dan ook doe bijna sensueel, al zijn het schoonmaakdoekjes die ik vouw! Ik heb dan bv de gedachte: “Alles komt goed met dat huishouden. Ik hoef nu alleen maar onderbroeken te vouwen.” Of zoiets.
Schot in de zaak?
Een ander groot voordeel van de 3 (of bij mij dan 1 of 2)* 20 minuten is dat er echt wat gebeurt in huis. Er is nog steeds plaats voor zuchten over het werk, maar niet meer zodanig dat ik daardoor verlam en er weinig gebeurt. Echt elke dag houd ik zaken bij of wordt er wat opgeruimd en dat ga je zien. En zelfs toen ik een keer een paar dagen op bed had gelegen tijdens een dip, en ik dacht:”O nee,al mijn werk naar de haaien, ik kan weer van vooraf aan beginnen,” bleek dit niet zo te zijn en was het huis na twee daagjes dezelfde tijdsinvestering, ook weer de oude.
Na 2 maanden – Mezelf programmeren via de app
Die app! Mijn beste vriendin, bij wie het wél op rolletjes loopt, moest er hartelijk om lachen dat ik die in de arm had genomen. En het is ook echt een verhaal met dat ding. Waar ik in eerste instantie opluchting ervaarde (“Aah, ik hoef nu nergens aan te denken, niks meer te plannen, dat doet de app voor mij.”), was de takenlijst uit de app na enkele dagen zo lang dat ik me weer in mijn nek gehijgd voelde en het huishouden weer als e-norme berg ervaarde; terug bij af.
Ik besefte me toen dat dat gehijg dus niets met de app te maken heeft, maar dat dat enerzijds heel praktisch is: teveel taken in te weinig tijd en anderzijds tussen mijn oren zit, bij de oude programmatuur die ik beschreef. Toen ik met beide aan de slag ging, werd dat gehijg uiteindelijk ook minder. Drie voorbeelden:
Nekhijger 1: Veel taken, weinig tijd.
Een hele praktische: als je een hele lijst ziet en je hebt maar 1 of 2* 20 minuten dan weet je: “Dit red ik niet.” En als je dat elke dag denkt: wordt je sip. Echt waar, daar is niemand tegen bestand. Ik heb toen alle taken zoveel mogelijk verlengd. De toiletten heb ik op een week gehouden, sommigen taken kon ik gewoon verlengen omdat als ze terugkwamen dacht:”O alweer?! Nou, die vloer van de kinderkamer hoef ik niet weer te dweilen: eens in de drie weken is gewoon te snel: maar eens eens in de vier weken proberen.”
Toen paste het alleen helaas nog steeds niet.
Toen moest ik dus taken verlengen terwijl het eigenlijk wel fijn was dat ze gedaan werden. De ramen in de voorkamer zaten bijvoorbeeld na acht weken echt weer vol kindervingers. Maar ik besefte, dat als ik allerlei grotere klussen zoals het tweejaarlijks in de was zetten van de antieke kast of het ontkruimelen en weer op orde brengen van de keukenlades ook wilde doen, ik de terugkeerduur van taken echt moest verlengen, tenzij ik meer schoonmaaktijd per dag wilde gaan besteden. En dat wil ik niet. Dus ja, ook de wc’s gingen in de app van eens in de zeven dagen naar eens in de negen.
Conclusie is dus misschien wel dat het dus niet zo schoon zal zijn in huis als ik wil. En het betekent dus ook dat je de vingers op de ramen moet gaan zien als: “Nou, die zijn binnenkort weer weg” in plaats van als:”Hé wat is het hier toch weer vies!” Wat überhaupt een lelijke straffende ouderstem is, die je gerust een kopje kleiner kan maken.
Bij deze hijger is dus het devies: plannen, herplannen en (leren) loslaten.
Nekhijger 2: de moedernorm
Volgens mijn moedernorm moest alles wat in de takenlijst stond, eigenlijk al af zijn. Daar zei ik dus conform plan (zie deel II) tegen:”Neeee, niet alles hoeft af te zijn. Mijn norm is 70% aan kant, geen echt vieze plekken en een goede sfeer. Is dat zo? Ja, mooi, dan pak ik het eerste klusje van de takenlijst om te doen. Nee? Oké, dan pak ik de taak die bijdraagt aan het niet hebben van vieze plekken of aan het aan kant hebben van 70%.” En…(om mezelf nog verder te kalmeren): “Het komt vanzelf goed, stug doorgaan met de twintig minuutjes, alles komt een keer aan de beurt!”
Ik merk trouwens dat het steeds meer gebeurd dat ik iets zie wat nog moet gebeuren en dat dat dan niet als het ware tegen mij schreeuwt: “Hé, wanneer doe je mij nou eindelijk ‘ns?!!!”, maar dat dat ding er gewoon heel lief ligt en ik in mijn hoofd hoor:”Dat komt vanzelf een keer aan de beurt.” Briljant!
Nekhijger 3: ‘Als ík het niet doe, dan gebeurt het niet.’
Ook dit geloofsartikel brengt mij in een verhitte hijg-in-de-nek-staat. Alles leunt dan op mij. Op het moment dat dit gevoel mij tijdens het schoonmaken overvalt, zorg ik op dat moment (alleen) voor dat ik mezelf kalmeer. Bv door een denkbeeldige arm om mezelf heen te slaan en als Gezonde Volwassene te zeggen:”Nee hoor, ik ben er ook nog” of het eenzame kindje een warme deken om te slaan.
Om er daadwerkelijk niet alleen voor te staan, ben ik ook gaan praten over het huishouden met mijn man; ook over hoe de kinderen in te zetten.
Manlief en ik: onaardige ikke
Eerder ontdekte ik al dat wij waarschijnlijk niet dezelfde norm hanteerden voor wat wij een goed onderhouden huishouden vinden. En het zou mooi zijn als de eerder genoemde moedernorm, vervangen zou kunnen worden door een ‘onze norm’. Mijn norm is voor nu: 70% aan kant, geen hele vieze plekken en een fijne sfeer (dus bloemen enzo). Zijn norm is: 95% opgeruimd en geen vieze plekken. En we hebben geconstateerd dat hij een vieze plek pas veel later als vies ervaart dan ik.
So far, so good. Maar toen. We zijn natuurlijk niet drie dagen aan tafel gaat zitten om bovenstaande uit te werken tot een plan, want het echte leven liep gewoon door. Dus… wat er gebeurde toen ik zelf aan de slag ging in het huishouden, en mijn schema ‘ik sta er toch alleen voor in het leven’ uiteraard getriggerd werd, is dat ik echt heel gefrustreerd werd door zijn in mijn ogen lakse houding. Ik werd bozig, ging van alles van hem stom/laks/onhandig vinden, aan hem trekken om meer te doen.
Manlief en ik: beter
Niet mijn mooiste kanten….
Toen toch maar weer verder praten, al was het tussen de bedrijven door. Ik schakelde daarmee om naar ‘hoe krijgen we dit samen goed’ wat het makkelijker praten maakt dan wanneer je praat over ‘wanneer doe jij nou eens wat’.
Hij vroeg me toen liefjes of ik de tijd voor boodschappen en koken ook meetelde en ik gaf beschaamd toe dat dat even van mijn netvlies verdwenen was, ai. Mijn man doet 9 van de 10 keer boodschappen omdat ik anders al mijn muntjes voor die dag kwijt ben en omdat ik inmiddels later op de middag slaap en erg moeizaam weer wakker wordt is hij ook de laatste tijd meestal degene die kookt. (Ik heb die taken maar meteen in de app gezet, al is het maar om me eraan te herinneren dat dat ook gebeurd als ik het weer vergeet.)
Als ik dat meereken, doet hij dus evenveel als ik, en hij werkt ook nog… (ahum). Je snapt dat hij een paar dagen een heel lieve vrouw om zich heen heeft gehad (Wil je nog koffie/thee/bier/voetmassage/kusjes/voetensteuntje/warme trui/knuffel/chips/muziek, lief?)
We kwamen er daarmee ook achter dat als we niet meer elke dag boodschappen doen, elke keer die we uitsparen, betekent dat er 1 of 2 andere dingen in het huishouden gedaan kunnen worden die dag. Nu doen we dus eens in de drie dagen boodschappen en bespreken we ’s ochtends wie wat doet die dag. Nu heb ik wél het gevoel dat we het samen doen. Heel fijn en een zucht van verlichting.
Een olifant eet je hapje voor hapje…..
Om zo’n veelheid van aspecten samen te brengen onder één afsluitend kopje is niet te doen. Maar een rode draad voor mij in dit alles is wel dat het splitsen van ‘De Grote Berg’ waar ik zo tegen opzag, in heuvels, hetgeen is wat het doenlijk gaat maken.
Iemand uit mijn werkomgeving zei ooit: “Een olifant eet je hapje voor hapje”, wanneer we weer met een enorme klus bezig waren en we door de bomen het bos niet meer zagen. En zo is het.
Bij mij waren de hapjes bijvoorbeeld de ontrafeling die ik deed van mijn hang-ups (schema’s/normen/gedachten) over het huishouden. En bv het managen van de kritische ouderstemmen die daarbij horen.
Ook die X * 20 minuten zijn voor mij hééééél behulpzaam. Twintig minuten strijken is oké, versus de hele boel strijken met rugpijn, doorbijten als je geen zin meer hebt en vermoeidheid als resultaat. Twintig minuutjes wasvouwen: prima, lukt mij! En dan doe ik de volgende keer gewoon weer wat.
Een ander hapje: samen met mijn man komen tot een goede norm en tijdsinvestering passend binnen hoe wij willen leven.
De staart van de olifant
De staart van het beest is, moet ik eerlijk bekennen, nog niet in beeld. Ik ben nog lekker aan het kauwen op een leerachtig stukje tussenlijf. Het is nog geen walhalla, al ben ik al twee maanden met dit onderwerp bezig. Maar dat komt wel, dat weet ik zeker. Maar niet van de ene dag op de andere.
Ik ga de concentratie op dit onderwerp nu weer loslaten: tijd voor andere zaken, zoals de lente bijvoorbeeld die zich, nadat de sneeuw nu sinds enkele dagen echt uit het straatbeeld is verdwenen, aankondigt met vogeltjes in de vroegte en her en der al zelfs een vrolijke narcis! Tot het weer een keer tijd wordt om nog een zachtjes over de materie van dit blogdrieluik heen te gaan en weer een stapje verder te komen, lichter te worden…. en zo lang-zamer-hand bij de staart van het dier uit te komen…
Hoi Anna, ik ben net begonnen met schematherapie. Ik merk dat ik het heel fijn vind om je blog te lezen tijdens mijn eigen schematherapie reis. Je schrijft leuk en ik herken heel veel uit je verhalen. Dankjewel!
Wat fijn! Ja, het is niet niks hè, zo’n proces. Ik ben nu al een tijdje niet meer in officiële therapie, maar een doe-het-zelver geworden en af en toe komt er bijvoorbeeld weer een nieuwe stem boven en dan is het meteen weer pittig: het onzekere onderzoeken, het voelen hoe pijnlijk het is, het stuntelen met het uitproberen van nieuw gedrag …. Maar, ik merk toch elke keer weer dat ik er uitkom met meer gereedschap in mijn handen en een steviger basis. Hopelijk mag jij het ook zo ervaren! Groetjes! Anna